Wordt uw vloerverwarming niet (overal) goed warm? Lees hier de oplossing
Wij horen met regelmaat van bewoners van nieuwbouwwoningen (of installateurs) dat een vloer met vloerverwarming niet egaal of helemaal niet goed warm wordt. Bij dit probleem is de gedachte al snel dat het aan het vermogen van de vloerverwarming ligt. En dat het probleem kan worden opgelost door een hogere watertemperatuur te stoken of een ketel op te hangen met meer vermogen. Bij nieuwbouwwoningen die recent gebouwd zijn of nu gebouwd worden ligt de oplossing echter juist vrijwel altijd in het tegenovergestelde, namelijk een lagere temperatuur en minder vermogen. Waarom dat zo is leg ik u hier graag uit.
Lange tijd adviseerden we bij vloerverwarming om de vloer continu op temperatuur te houden. Bij vloerverwarming in oudere woningen duurde het immers even voordat je huis op temperatuur was. Dan kon je het beste continu stoken.
Tegenwoordig is het bij nieuwbouwwoningen juist beter om dat niet meer te doen en dat heeft alles te maken met de beter geïsoleerde huizen waar we nu in wonen. Kostte het vroeger veel moeite om het huis op temperatuur te krijgen, nu is het precies andersom (sterker nog, door die goede isolatie krijgen we steeds meer behoefte aan koeling).
Zo kan het gebeuren dat het in je huis weliswaar 20°C is, de temperatuur waar de thermostaat om vraagt, maar de vloer toch (gedeeltelijk) koud aanvoelt. Nu adviseren we voor deze goed geïsoleerde huizen dus om er bijvoorbeeld in plaats van 24 uur per dag 1 kWh, 8 uur per dag 3 kWh in te stoppen. Als je ervoor zorgt dat de ruimte kouder is als je er niet bent, kun je dat behaaglijke, warme gevoel creëren als je er wel bent.
Meer vermogen is niet de oplossing
De oplossing waar veel mensen nu voor kiezen, namelijk meer vermogen, maakt het probleem vaak juist groter. Als je te veel vermogen in de vloer stopt, krijg je in één keer, heel kort, een veel hogere temperatuur. Daarna gaat de verwarming weer uit, maar dat geeft juist schommelingen in de temperatuur en dan heb je van de 100 meter vloerverwarmingsbuis per groep misschien net de helft warm gekregen. En dus krijg je van die koude plekken. Beter is het om te kiezen voor een lagere temperatuur. Dat duurt weliswaar wat langer (in tienden van graden), een goed geïsoleerde woning koelt immers nauwelijks meer af, maar de hele groep wordt dan warm en daarmee dus ook de hele vloer.
Grotere ketel? Niet doen!
Wat we ook zien is dat er bij verbouwingen gekozen wordt voor een grotere ketel en dán de klachten ontstaan. De nieuwe badkamer krijgt bijvoorbeeld een regendouche waar meer vermogen voor nodig is, waarmee ook de keuze wordt gemaakt om de ketel van 20 kWh te vervangen door een ketel van 30 kWh. Het huis is door de verbouwing waarschijnlijk echter ook beter geïsoleerd, dus dan heb je juist minder warmte nodig. Wat ontstaat is – wat ik vergelijk met auto rijden - gas geven-remmen-gas geven-remmen, en dat is slecht voor het brandstofverbruik en dat voelt erg comfortabel.
Andere vloerafwerking, ander gevoel
Ook de moeite waard om hier te vermelden is de keuzes die we nu maken in vloerafwerking. Lange tijd was tapijt heel populair, maar tegenwoordig kiezen we massaal voor tegels, PVC, laminaat of beton. Dat is hygiënisch en vinden we mooi, maar zulke materialen voelen van zichzelf kouder aan dan tapijt. Dat komt doordat deze materialen veel beter geleiden en de warmte uit je lichaam trekken. Een tegelvloer van 20°C voelt kouder aan als een tapijtvloer van 20°C. Voor hetzelfde gevoel is een vloertemperatuur van 23°C gewenst.
Ook hier geldt: begint met stoken vlak voordat je de ruimte gaat gebruiken, dan voel je die warmte van de vloer. Stook je 24 uur per dag zoals we vroeger adviseerden, dan is de ruimtetemperatuur weliswaar goed, maar mis je dat gevoel van comfort door de warme vloer.
En inregelen dan?
Het belangrijkste is een goed ontwerp. Daarnaast kan het nodig zijn dat de installatie wordt ingeregeld. Tegenwoordig wordt de temperatuur in iedere ruimte vaak apart geregeld met een eigen thermostaat. Het is natuurlijk veel comfortabeler om de juiste temperatuur op ruimteniveau te bepalen. Daarom is bij een goed ontwerp het inregelen van de installatie als geheel minder belangrijk. Onze ervaring leert dat het in balans brengen van de verschillende groepslengtes hiervoor de betere oplossing is.
Doen: minder vermogen
De kans dat meer vermogen de oplossing is voor uw probleem is heel erg klein. We adviseren u eerst te gaan experimenteren met minder vermogen. De praktijk heeft uitgewezen dat dit bij goed geïsoleerde huizen vrijwel altijd een oplossing biedt. Ook met het oog op de toekomst is meer vermogen niet wenselijk. Bij stadsverwarming bijvoorbeeld, wordt juist ook een klein vermogen geleverd en steeds vaker ook een lage temperatuur. En ook warmtepompen wil je met een zo laag mogelijke temperatuur en daarmee zo min mogelijk vermogen laten draaien. Dat betekent namelijk ook minder aanschafkosten, geluidsproductie en ruimtebeslag.
Meer vragen over dit onderwerp? Neem gerust contact met mij op.
